Begroting op hoofdlijnen

Tijdens het opstellen van de programmabegroting 2021 bevinden we ons in een crisis die we nog niet eerder hebben meegemaakt. De maatschappelijke en financiële consequenties voor de langere termijn zijn niet duidelijk. In combinatie met een aantal nog onzekere ontwikkelingen, waaronder de herverdeling van het gemeentefonds, de duurzaamheidsagenda, het woondossier, de omgevingswet en het in dit stuk omschreven ambitieniveau ontstaat een grote druk op onze financiële situatie in de toekomst en gebruiken we de periode tot aan de kadernota 2022 om in gesprek met de raad hiernaar te kijken.

Meerjarenperspectief

In het college-uitvoeringsprogramma 2018-2022 (CUP) zijn de hoofdlijnen van het beleid uitgewerkt in opgaven, effecten en activiteiten voor de gehele raadsperiode. In deze programmabegroting zetten we de gekozen lijn voort en zijn de voorgenomen activiteiten voor 2021 beschreven, in combinatie met het financiële perspectief.

In 2021 zien we een sluitend begrotingssaldo na bestemming; de lasten en baten zijn in evenwicht. Meerjarig zijn er voor 2022 en 2023 nog tekorten van € 0,9 miljoen en € 0,25 miljoen. Het sluitende begrotingssaldo in 2021 komt mede tot stand door de inzet van de inkomsten uit precario op kabels en leidingen. Dit geeft gelijk de kwetsbaarheid van deze begroting aan: precario op kabels en leidingen is na 2021 niet meer toegestaan. Zonder de precario-inkomsten zou het resultaat na bestemming in 2021 € 1,5 miljoen negatief zijn geweest.

Bij de totstandkoming van de begroting hebben we overleg gehad met de financieel toezichthouder van de provincie Noord-Holland. We hebben de toezichthouder meegenomen bij de dilemma's waar we ons voor gesteld zien. We zijn blij met de constructieve manier waarop we konden overleggen. De toezichthouder toonde zich positief over de manier waarop we de gezamenlijke uitdagingen voor de toekomst willen aanpakken, en in gesprek gaan met de raad.

Incidenteel / structureel

Gemeente Uithoorn heeft de precario op kabels en leidingen van € 1,5 miljoen (voorheen structureel) bestempeld als incidenteel. Daarmee volgen we de bestendige gedragslijn van de afgelopen jaren. Destijds is deze keuze gebaseerd op onze filosofie van financieel gezond beleid. Het besluit begroting en verantwoording (BBV) geeft geen scherpe definitie wat incidenteel of structureel is en laat ruimte aan gemeenten omdat dit past bij de eigen beoordeling van de lokale omstandigheden.

Het structurele begrotingssaldo, dat in 2021 nog € 1,5 miljoen negatief is, verbetert ieder jaar en buigt in 2024 om naar een positief resultaat, vooral vanwege hogere inkomsten door uitbreiding van aantal inwoners en woningen. Initieel zijn de kosten voor areaaluitbreiding gering, maar op den duur zullen de kosten voor onderhoud en vervanging van bijvoorbeeld wegen gaan toenemen. Op langere termijn zijn ook andere kosten te verwachten, zoals uitbreiding en vervanging van onderwijsgebouwen.

Meerjarenperspectief bedragen x € 1.000

2021

2022

2023

2024

Saldo baten en lasten

-814

-1.646

-911

157

Toevoegingen en onttrekkingen aan reserves

814

725

663

249

Begrotingssaldo na bestemming

-

-921

-248

406

Waarvan incidentele baten en lasten (saldo)

-1.500

205

Structureel begrotingssaldo

-1.500

-716

-248

406

Financiële positie

De financiële positie van de gemeente is in 2020 sterk verbeterd door de verkoop van de Eneco aandelen. Deze verbetering zien we terug in deze begroting. De belangrijkste indicatoren om de financiële positie aan te duiden zijn:

  • Schuldquote 62% (schuld / jaar inkomsten --> lager is beter)

  • Solvabiliteitsratio 53% (eigen vermogen / schuld --> hoger is beter)

Het verloop van beide indicatoren is sterk verbeterd ten opzichte van vorig jaar. Bij de begroting 2020 heeft de raad de norm voor de schuldquote tijdelijk verhoogd van 100% naar 110%. Bij de nota financieel gezond die kort na deze begroting verschijnt gaan we hier verder op in.

Risico's en onzekerheden

De algemene uitkering vormt een grote onzekere factor in de begroting. Vanaf 2022 wordt de verdeling van de algemene uitkering herzien. Dat betekent dat er voordeelgemeenten zullen zijn en nadeelgemeenten. Het is nog onbekend hoe dit voor de gemeente Uithoorn gaat uitwerken, maar eerdere signalen waren niet positief voor kleinere gemeenten.

De minister heeft in een brief van 31 augustus 2020 laten weten dat zij de gevolgen van de coronacrisis voor medeoverheden en in het bijzonder de financiële positie van gemeenten nauwlettend blijft volgen.

Septembercirculaire 2020

De septembercirculaire 2020 geeft per saldo geen grote financiële effecten in het meerjarenbeeld. De ontwikkeling van de algemene uitkering wordt normaalgesproken voor een belangrijk deel bepaald door de ontwikkeling van de rijksuitgaven, het accres. Vanwege de coronacrisis is de 'samen trap op trap af' systematiek niet toe te passen. Om gemeenten duidelijkheid te geven is besloten om het accres te bevriezen op de stand van de meicirculaire 2020. De verwachte prijsinflatie is verlaagd. Op advies van deskundigen hebben we daarom een neerwaartse correctie toegepast in onze meerjarige verwachting van de septembercirculaire. We hebben onze verwachting in onderstaande tabel in 2022 € 130.000 lager opgenomen, oplopend naar € 372.000 lager in 2024.

Met het oog op de coronacrisis is besloten gemeenten tijdelijk meer financiële ruimte te geven door de toename in de veelbesproken opschalingskorting voor 2 jaar uit te stellen. Dit geeft in 2021 een positief effect van € 233.000.

Verder geven elementen als uitkeringsfactor, hoeveelheidsverschillen en uitkeringsbasis het volgende effect ten opzichte van de cijfers in deze begroting.

bedragen x € 1.000

2021

2022

2023

2024

effect september-circulaire 2020

373 hoger

-28 lager

-80 lager

-55 lager

De ontwikkeling van de septembercirculaire 2020 is nog niet verwerkt in deze begroting

Woonlasten

De woonlasten voor een gemiddelde woning stijgen in 2021 met 0,9%. De OZB wordt 2,5% hoger, gebaseerd op de CPB-ramingen van maart 2020. We zien de hoeveelheid afval toenemen door de corona-omstandigheden. De verwachting is dat dit deels ook nog doorwerkt in 2021, onder andere door het thuiswerken wordt er meer afval aangeboden. Doordat delen van de riolering langer meegaan kan de rioolheffing dalen. Per saldo blijft de stijging van de woonlasten in 2021 beperkt.

Woonlasten

2020

2021

Mutatie absoluut

Mutatie relatief

OZB eigenaar woning

€ 318

326

€ 7,9

2,5%

Afvalstoffenheffing

€ 279

287

€ 8,6

3,1%

Rioolheffing

€ 244

235

€ -9,4

-3,8%

Totale woonlasten

€ 841

€ 848

€ 7,2

0,9%

Veranderingen in het financiële beeld

Hierna geven we een overzicht van de veranderingen in het financiële beeld ten opzichte van het meerjarenbeeld uit de vorige programmabegroting. De onderdelen uit het overzicht worden toegelicht. Een gedetailleerde uitwerking van de begrotingsmutaties is te vinden in bijlage 6.4.

Mutaties begroting bedragen x € 1.000

2021

2022

2023

2024

Begroting 2020 (beginstand)

-362

-563

101

510

1e Turap structureel

-261

-294

-263

-263

Algemene uitkering

1.567

2.332

2.223

2.395

Vervallen dotatie percarioinkomsten aan algemene risicoreserve

1.500

-

-

-

Inflatie stelpost

-1.168

-1.148

-1.130

-1.120

Indexering belastingen en tarieven

307

277

269

270

Overige posten uit de eerste Turap 2020 met meerjarige effecten (o.a. btw en archief)

-603

-493

-296

-296

Dividend en rente

-322

-168

-63

-73

Koersplan, uitvoering en doorontwikkeling sociaal domein

-310

-175

-175

-175

Bestaand beleid samenleving (o.a. aanpak ondermijning, wijkaanpak veiligheid, inburgering)

-262

-342

-334

-311

Plan van aanpak jaarwisseling en jeugdoverlast

-155

-155

-

-

Hogere afvalkosten als gevolg van Corona

-163

-15

-14

-17

Aanbesteding hulp bij huishouden

-136

-136

-136

-136

Subsidie Uithoorn voor Elkaar

-118

-118

-118

-118

Grondexploitaties en investeringen

93

93

130

130

Kapitaallasten

-85

35

-370

-362

Neutraal

75

-25

-50

-

Diverse kleine mutaties

-32

-25

-23

-27

Subtotaal

-435

-921

-248

406

Dekking budgetegalisatiereserve incidenteel saldo

435

-

-

-

Begrotingssaldo Programmabegroting 2021

-

-921

-248

406

Waarvan incidenteel

-1.500

205

-

-

Structureel begrotingssaldo

-1.500

-716

-248

406

In het voorjaar van 2020 is geen kadernota verschenen, maar een kaderbrief. De omstandigheden tijdens de coronacrisis waren onzeker, en we wisten niet goed wat de gewijzigde omstandigheden zouden gaan betekenen voor ons als gemeente. Het is tijd voor een pas op de plaats, om te ontdekken hoe onze nieuwe opgaven er uit gaan zien.

De begroting 2021 is daarom ook sober van opzet. We zijn terughoudend met nieuw beleid, maar we hebben ook geen bezuinigingen doorgevoerd. Het huidige beleid wordt voortgezet, en de financiële consequenties hiervan zijn meegenomen. De inkomsten uit precario op kabels en leidingen worden dit jaar niet aan de algemene risicoreserve toegevoegd. Het risico is immers nihil geworden, en de algemene risicoreserve is op niveau. Daardoor kunnen deze middelen worden ingezet om de ontstane tekorten te dekken.

Op de korte en middellange termijn zien we veel onzekerheden. Met ingang van 2022 zal de verdeling van onze belangrijkste inkomstenbron herzien worden: het gemeentefonds. Ook zijn er onzekerheden voor de BUIG. We hebben nu nog geen beeld bij de eventuele lange termijn gevolgen van de coronacrisis voor bijvoorbeeld algemene uitkering, werkgelegenheid en te verstrekken uitkeringen, (ABP) pensioenpremies, inrichting van de openbare ruimte.

Als gemeente Uithoorn mogen we in 2021 voor de laatste maal precariobelasting op kabels en leidingen opleggen. In 2021 begroten we de inkomsten uit precariobelasting op kabels en leidingen op € 1,5 miljoen. In 2020 zijn alle lopende rechtszaken tegen de gemeente ingetrokken. Dat geeft ons de mogelijkheid om de precario-inkomsten te gebruiken om in 2021 een pas op de plaats te maken. Echter, voor 2022 staat in het meerjarenbeeld een tekort van circa € 1 miljoen. Dit tekort kan nog veel groter worden als de herverdeling van het gemeentefonds slecht voor ons uitpakt. De periode voor de kadernota 2022 willen we kijken hoe de financiële positie van de gemeente zich op langere termijn ontwikkelt, en hoe het rijk de gemeenten tegemoet gaat komen. Het college is in gesprek met de raad om gezamenlijk te bekijken hoe we hiermee om moeten gaan richting de kadernota voor 2022 en de jaren daarna.

Leeswijzer, opzet van de begroting

De structurele gevolgen van de 2e Turap 2020 zijn verwerkt in de vergelijkingscijfers van 2020 en meegenomen in het meerjarenbeeld.

Vanaf deze begroting gebruiken we een nieuwe applicatie om de begroting mee op te stellen. In samenwerking met de auditcommissie en Duo+ blijven we werken aan de leesbaarheid en toegankelijkheid van de P&C-documenten.

College van Burgemeester en Wethouders

V.l.n.r. wethouder Jan Hazen, wethouder Ria Zijlstra, burgemeester Pieter Heiliegers, wethouder Hans Bouma, gemeentesecretaris Karin Wegewijs a.i.

Stel uw document zelf samen

SELECTIE

0 - geselecteerd

Direct downloaden


Volledige pdf